Oh, oh Den Haag

,

Kan de gemeente nog wel voldoen aan de zorgplicht voor onderwijshuisvesting?

De VNG heeft op 3 november de indexering van de normbedragen van bijlage IV van de Verordening gepubliceerd.  Naast de reguliere jaarlijkse indexering is hierbij rekening gehouden met de wijziging in het Bouwbesluit waarin per 1 januari 2021 BENG als verplichting wordt opgenomen.

De jaarlijkse indexering voor de investeringen is vastgesteld op 6,38%. Daarboven komt er een eenmalige verhoging van 9,6% voor de inwerkingtreding van de aanpassingen in het Bouwbesluit per 1 januari 2020   Bij elkaar een forse verhoging van 15,98% van de genormeerde investering.

In de nieuwsbrief geeft de VNG aan dat vanaf 1 januari 2021 alle (school)gebouwen aan de criteria van Bijna Energie Neutrale Gebouwen (BENG) moeten voldoen. Dit is een generieke beleidswijziging die alle burgers en bedrijven in Nederland raakt. In financieel opzicht komen gemeenten hierdoor niet in aanmerking voor compensatie op basis van de financiële verhoudingen-wet.

Kortweg gezegd: gemeenten moeten de BENG-verplichting binnen de huidige middelen die men ontvangt in het Gemeentefonds zien op te lossen.

Sinds de decentralisatie van de onderwijshuisvestingstaak naar gemeenten is er naast de jaarlijkse indexeringen tweemaal sprake geweest van een eenmalige aanpassing van de normbedragen. In 2019 zijn de normbedragen met 40% verhoogd omdat deze geheel uit de pas liepen met de werkelijke bedragen. Nu komt het voorstel om vanaf 2021 de normbedragen met 9,6% te verhogen.

Deze eenmalige verhogingen hebben in beide gevallen niet geleid tot het aanpassen van de inkomsten voor onderwijshuisvesting die de gemeenten in het Gemeentefonds van het Rijk ontvangen. Gevolg is dat gemeenten bijna 50% van de investeringen voor onderwijshuisvesting uit eigen middelen moeten zien op te hoesten.

De vraag is hoelang de gemeenten dit nog financieel kunnen opbrengen. Daarnaast legt deze financiële claim een steeds grotere stempel op de samenwerking tussen gemeenten en schoolbesturen. De gemeenten moeten keuzes maken en hanteren nog stringenter de bepalingen en verantwoordelijkheden zoals die in de verordening zijn vastgelegd. Het gemeenschappelijk belang van gemeente en schoolbesturen voor een goede huisvesting voor de leerlingen is helder in beeld, maar niet meer betaalbaar.